Regie: Wannie de Wijn
Première: 23 februari 2012 (bioscoop)
Genre: Drama, toneelverfilming
Cast: Wilbert Gieske, Will van Kralingen, Peter Tuinman, Hans Thissen, Saskia Bonarius, en Huub Stapel als Michael
De film volgt een familie die samenkomt voor de euthanasie van hun terminaal zieke vader Bernhard, die morgen om 9 uur wil sterven. Gedurende de avond en nacht komen oude wonden, onderlinge spanningen en existentiële vragen naar boven:
Licht-momenten – Tussen spanning door klinkt muziek, herinneringen en zelfs zwarte humor, maar de kern blijft pijnlijke confrontatie met de dood en het stervenden lijden. De film balanceert zorgvuldige emotie zonder overtollig melodrama.
Dag van de dood – Bernhard heeft zijn keuze al gemaakt; zijn naasten worstelen met verdriet, schuldgevoel en religieuze/personalistische dilemma’s.
Familieworstelingen – Michael (Stapel) arriveert uit China en botst met zijn ex-vriendin Hannah (Will van Kralingen) over oude liefdes en de erfenis. Zijn grove humor en wrange opmerkingen geven druk aan de emotionele atmosfeer.
Divers verdriet – Ruben (Hans Thissen), de autistische broer, reageert anders: zijn emotie komt via muziek. Dochters en arts worstelen met hun eigen plek in het afscheid.
Michael is Bernhards zakenbroer die pas op de valreep per vliegtuig uit China arriveert. Hij vervult de rol van de buitenstaander binnen de kring van naasten – zakelijk, direct en weleens bot. Zijn ruwheid breekt de stilte, maar onderliegt grotere onzekerheid en behoefte aan begrip.
“Waarom worden we niet gek,” zegt Michael midden op de middag, “Misschien zijn we al gek,” echoot Hannah.
Met zijn scherpe opmerkingen en grapjes over erfenis en schuld voegt hij humor én spanning toe. Zijn turbulente relaties met Hannah echoën oude verwondingen:
Stapel geeft Michael een menselijke laag zonder overtollige emoties:
Michael past perfect in Stapels reeks ingetogen, maar impactvolle bijrollen:
Morele spanningsveld: Net als in Bellicher: Cel en Zwarte Tulp, balanceert zijn personage tussen goed en kwaad, tussen liefde en eigenbelang.
Maximale impact via beperkte screentime: Ook hier bewijst Stapel dat hij met kleine inzet de film kan dragen.
Publiek waardeerde de herkenbare familiescène: “bijtende opmerkingen” tussen Michael en Hannah geven realisme en spanning .
Critici prezen de film om zijn waardigheid en regie, maar bespraken ook dat de film soms te veel toneelstructuur behoudt — zoals in de dialogen en cameravoering.
De Goede Dood is een ingetogen, ingetogen verkenning van euthanasie en afscheid — niet als debat, maar als familiale realiteit. Huub Stapel’s Michael is onmisbaar hierin: de ruw randfiguur die schaamteloos vragen stelt, confronteert en ruimte maakt voor emotie. Zijn spel laat zien dat humor en eerlijkheid, hoe wrang ook, nodig zijn bij het omgaan met verlies.
Een bevestiging van Stapels kracht: hij staat met één voet in de spotlight, met de andere stevig in de schaduw — en maakt zo het geheel sterker, eerlijker, relevant.